Open brief aan Jetta
(Volledige tekst van de Open brief aan
Jetta, die op 6 april 2012 is verzonden
een bewerking ervan is op 6 april geplaatst op Podium, de
opiniepagina van Trouw onder de kop
‘Schaf
aparte bonden af in Nieuwe Vakbeweging, enthousiasme van Klijnsma
groter dan budget vakbeweging’)
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Open brief aan Jetta
Beste Jetta,
Het enthousiasme waarmee je je rol als kwartiermaakster voor De Nieuwe Vakbeweging vervult is aanstekelijk. Maar de opdracht is niet gering, de verwachtingen zijn hooggespannen en dan is enthousiasme alleen niet voldoende. Vandaar dat wij, oud-medewerkers van de FNV, een poging willen wagen daar enkele concrete en reéle inzichten aan toe willen voegen.
De kans is groot – om maar heel nuchter te beginnen - dat na eerst iedereen meegenomen te hebben in het enthousiasme voor een vernieuwde vakbeweging - de kater later komt als de bondspenningmeesters hun rekensommetjes op tafel leggen. Zij moeten nu al ieder dubbeltje drie keer omdraaien en zullen – tot teleurstelling van iedereen – vaststellen dat er geen enkele bond is die alle nieuwe denkbeelden in praktijk kan brengen, dat er slechts enkele zijn die er iets van kunnen verwezenlijken en vele bijna niets. Het budget voor initiële investeringen in het nieuwe valt hier en daar nog bij elkaar te schrapen, maar niet de structurele exploitatie nadien als er geen ingrijpende hervormingen in de organisatie plaats vinden. De nieuwe vakbeweging moet gebouwd worden binnen de huidige mogelijkheden – personeel en financieel – van de oude vakbeweging. Als De Nieuwe Vakbeweging de leden meer maatwerk wil bieden, dichter bij hun werksituatie wil aansluiten, moeten tal van ‘oude’ werkzaamheden en inspanningen die nu op 19 verschillende plaatsen worden gedaan in een groot gemeenschappelijk geheel worden ondergebracht. Want alleen dan kunnen de menskracht en middelen worden vrijgemaakt voor het door jou en iedereen bepleite nieuwe. De Nieuwe Vakbeweging moet dus geen federatie van aangesloten organisaties zijn – je gaat daarvan toch min of meer uit in de Bespreekpunten, maar een organisatie waar leden rechtstreeks bij zijn aangesloten. Door in een geautomatiseerde ledenadministratie zelf te kunnen aangeven tot welk bedrijf men behoort, welk beroep men uitoefent en in welke regio men woont, kan het maatwerk in belangenbehartiging en dienstverlening worden aangeboden. Nu leiden veranderingen in de arbeidsmarktsituatie niet zelden tot verandering van bond, van contributietabel, van aanspraken op dienstverlening of ander bureaucratische en administratief gedoe, niet zelden met ledenverlies als gevolg. Straks is dat niet langer meer het geval. Men wijzigt ‘real time’ zijn persoonlijke situatie en komt daarmee direct in aanmerking voor de daarop van toepassing zijnde informatie.
Werknemers, vakbondsleden, praten overigens liever over aansprekend beleid, adequate behartiging van collectieve belangen en individuele aangelegenheden. Zonder een inhoudelijk oordeel over het conflict over het pensioenakkoord te geven, moet echter worden vastgesteld dat het aan een goede en intensieve discussie over de grenzen van bonden en generaties heen heeft ontbroken. Bij nieuwe voor werknemers belangrijke aangelegenheden is het essentieel dat in de nieuwe vakbeweging onderlinge discussies over dergelijke dilemma’s breed worden opgezet. Waarbij gezocht wordt naar mogelijkheden om de verschillen te overbruggen, in plaats van die tot tegenstellingen te laten uitgroeien.
Het werk van De Nieuwe Vakbeweging wordt niet alleen bepaald door veranderingen op de arbeidsmarkt, hoe dominant ook. Er is de rol van de overheid, van de werkgevers, er is de internationale dimensie. Decennia lang na de Tweede Wereldoorlog is er met elkaar gebouwd aan een verzorgingsstaat. Dat is weliswaar niet zonder slag of stoot gegaan, maar op de hoofdlijnen heeft dat tot een samenhangend geheel geleid, met een zekere mate van overeenstemming over elkaars rol. Nu stuurt menigeen aan op ingrijpende wijzigingen van de verzorgingsstaat. De vakbeweging is daardoor in het defensief gebracht. Zij heeft daarmee de discussie over jong en oud, over outsiders en insiders, over behoud van verworven rechten, onverbiddelijk in eigen huis gehaald. Er is dus alle aanleiding voor De Nieuwe Vakbeweging een inspirerende discussie te organiseren waarin allereerst alle dilemma’s voor alle groepen die zich op de arbeidsmarkt bewegen worden benoemd, met inbegrip van de uitdaging die de duurzaamheid met zich meebrengt. Waarna in alle openheid, dansend en boksend, wordt gezocht naar de grootst mogelijke overeenstemming in opvatting. Die overeenstemming is noodzakelijk om de positie van werknemers, zzp-ers en uitkeringsgerechtigden aan iedere onderhandelingstafel te versterken.
Beste Jetta,
samenvattend: afgaande op de Bespreekpunten zoek je naar een
antwoord op tal van uiteenlopende vragen. Het lijkt op het zoeken
naar de kwadratuur van de cirkel. Wat daarbij het dichtst in de
buurt komt is een vakbeweging waarin een open cultuur heerst die de
onderlinge discussie aanmoedigt over dilemma’s van de huidige
samenleving voor mensen voor wie de vakbeweging juist dat
instrument kan zijn om zelfbewust overeind te blijven in de
dynamiek van de arbeidsmarkt. Zo gauw De Nieuwe Vakbeweging van
start gaat, moet er daarom een omvangrijk discussieproject worden
opgezet, waarbij de inzet van nieuwe en social media niet wordt
geschuwd. Daarnaast moet De Nieuwe Vakbeweging gekenmerkt worden
door rechtstreekse aansluiting van leden, niet langer via een bond,
waarbij zij zelf aangeven bij welke collectieve belangenbehartiging
ze betrokken willen zijn en op welke individuele dienstverlening ze
een beroep willen doen. Deze gedachten zijn bovendien binnen de
bestaande financiële armslag te verwezenlijken en versterken met
elkaar de aantrekkingskracht en de onderhandelingsmacht van de
vakbeweging. Waardoor de werknemers in de breedste zin van het
woord een instrument krijgen om de plaats in de samenleving te
behouden of te verwerven waarop ze aanspraak hebben.
Uiteraard zijn we bereid tot een nadere toelichting.
Dannie Brus
Jeroen Sprenger