05 - Het leed dat kleding heet
Mag ik uw aandacht voor het klein ambtelijk leed dat kleding heet? Anders
dan de geüniformeerde collega is de burger-ambtenaar afhankelijk van de
confectie, van welke hoge kwaliteit ook. Daarin heeft zich de laatste twintig
jaar geen echte wijziging voorgedaan. Met de veranderingen die zich in die tijd
in het equipment heeft voorgedaan is niet of nauwelijks rekening gehouden.
Neem bijvoorbeeld de mobiele telefoon. Lang was die te plomp om in binnenzak
of colbertzak te verbergen. Nu zijn ze een stuk verfijnder geworden. Maar passen
ze net dwars in je binnenzak, waardoor ze veel moeilijker op te diepen zijn. Ze
blijven in de stof steken. U beseft niet half hoe irritant dat is, als de gsm in
oplopende trilling en toonhoogte meldt dat er een gesprek is. Bijna al mijn
binnenzakken zijn inmiddels uitgescheurd…
Tot de persoonlijke standaarduitrusting van een beetje ambtenaar hoort
tegenwoordig ook een palmtopje. Dat is een in een blikken doosje verpakt
computertje waarin vooral de agenda en het netwerk van belangrijke
contactpersonen worden bijgehouden. Je kunt echt niet zonder... Omvang en
gewicht maken echter dat het niet lekker in je andere binnenzak zit. Maar het
vervelendste is, dat juist voor die binnenzak het pennenzakje zit. Met daarin op
zijn minst één balpen en één vulpen. De laatste om de antwoorden op de
burgerbrieven te ondertekenen. Dat bolt al aardig op. Maar het wordt nog boller
door het borstzakje, waarin de verzamelde visitekaartjes en allerlei soorten
pasjes zitten. Je moet dat alles toch binnen handbereik hebben? Ooit heb ik van
mijn dochters een zilver doosje gekregen, waarin je visitekaartjes kon doen. Tot
hun teleurstelling gebruik ik het niet. Het zou mijn linker borstpartij nog
verder doen opbollen.
Elf september 2001 heeft ertoe geleid dat je steeds vaker in
overheidsgebouwen zichtbaar een toegangspasje moet dragen. Een beetje ambtenaar
heeft er minstens drie: een voor het eigen departement, één voor de Tweede Kamer
en één voor een Europees vergaderkantoor. Die kan je maar beter standaard op zak
hebben, want je weet maar nooit hoe je werkdag verloopt. Deze pasjes zijn
vanwege de zichtbaarheidseis van een clipje voorzien, waarmee de pas aan de rand
van je al uitpuilend borstzakje kan worden geklemd. Er zijn nu van die clipjes,
die zijn voorzien van zo’n uitrolbare en terugverende mini-hondenlijn. U kunt
zich mijn gezicht voorstellen toen een collega al te enthousiast aan mijn pasje
trok en die als bij een katapult onverwacht los liet… Maar los van dat ongemak,
de rand van het borstzakje, dat toch al op lubberen stond van het te pas en te
onpas tevoorschijn halen van visitekaartjes en creditcards, gaat het nu helemaal
begeven. Je colbert netjes houden, er een beetje leuk bijstaan als je je knopen
dichtdoet, is er niet meer bij.
Mart Visser is druk met het ontwerpen van bruidsjurken. Daarvan koopt een
vrouw er hooguit één in haar leven. Mannelijke ambtenaren kopen misschien wel 2
nieuwe pakken per jaar. Zouden hij en zijn collega’s daarop niet eens hun
creativiteit moeten loslaten?
Daan Vorán
(eerder gepubliceerd in de Haagsche Courant van ... december
2002)
06 - Bureacratic Revolution
Al weken voor de verkiezingen werd ik wat somber. Want welke partij ook zou
winnen, het overheidsapparaat moest kleiner. Ronduit vervelend daarbij is het
gemak waarmee jan en alleman praten over de uitdijende bureaucratie die nu eens
echt moet worden beteugeld. Doe je je werk in grote loyaliteit en dan krijg je
dit.
U voelt wel: mij zijn pavlovreacties niet vreemd. Ik vind het iets te
goedkoop. Zeker afgemeten aan de miljardenbedragen die men denkt te besparen.
Maar kan er dan helemaal niets? Neen, zo zit ik ook niet elkaar. Er kan enorm
veel. U mag best weten: af en toe heb ik het idee dat ik gevangen ben in de Wet
van Behoud van Bureaucratie. In mijn wat kritischer buien denk ik zelfs dat deze
wet wordt uitgelegd als de Wet van Exponentiële Groei van de Bureaucratie. Waar
is het Plan voor Terugdringing van de Bureaucratische Lastendruk? Als het om de
administratieve lastendruk voor het bedrijfsleven gaat, roept men dat voor elke
nieuwe regel er eerst twee moeten worden geschrapt. Bovendien is er een actieve
waakhond onder leiding van Robin Linschoten, die op zijn tijd keft en bijt.
Waarom is er voor de rijksdienst niet zoiets?
Waar denk je dan aan, zult u zich afvragen. De Miljoenennota wordt
tegenwoordig opgesteld volgens de regels: Wat willen we bereiken, wat gaan we
doen en wat hebben we er voor over? Die aanpak moet vooral blijven. Maar de
bureaucratie om vast te stellen of aan alle criteria is voldaan, kan wel wat
minder. Een ander voorbeeld is de Europese Aanbesteding. Ook hier moet het idee
overeind blijven: een grotere kring van bedrijven in een open proces laten
dingen naar overheidsopdrachten. Maar u wilt niet weten wat voor papierwinkel
daarvoor nodig is. Veel mededingers worden er door afgeschrikt. En waarom zou
ook een Siciliaanse drukkerij mee moeten doen in een competitie om een
Nederlandstalig departementaal personeelsblad?
Ik heb nog zomaar een suggestie. Thomas Kuhn heeft in The Structure
of Scientific Revolutions beschreven hoe wetenschap zich ontwikkeld. Op enig
moment voldoen bepaalde uitgangspunten niet meer. De aarde is niet plat maar
rond. Zij draait om de zon, niet andersom. De aanvaarding van een nieuwe
waarheid gaat niet zonder slag of stoot. Maar zo’n nieuw paradigma geeft
wel een impuls aan de kennisontwikkeling. Nu draait de rijksdienst volledig om
departementen. Dat is niet adequaat voor een belangrijk deel van de eigen
bedrijfsvoering. Personeelszaken, vastgoedbeheer, huisvesting, inkoop, interne
accountancy moeten niet op alle departementen worden gedaan. Of door één
departement in het bijzonder. Die moet gewoon in één bedrijf onder een Raad van
Bestuur worden gebracht. Het beraad van secretarissen-generaal zou zich daartoe
moeten omvormen. En snel aan de slag moeten om de efficiëntiewinst die dan voor
het oprapen ligt te realiseren. De samenleving merkt er niets van in de
kwaliteit van de dienstverlening. Maar wel in de hoogte van de factuur die zij
ieder jaar krijgt. Welke Secretaris-generaal of Directeur-Generaal wordt de
heraut van The Structure of Bureaucratic Revolutions?
Daan Vorán
(eerder gepubliceerd in de Haagsche Courant van ... januari
2003) |
|
07 - AH-Erlebnis
De AH-Erlebnis heeft deze week een geheel nieuwe betekenis gekregen. Hoe is
zoiets in godsnaam mogelijk, denk je? Mijn stelling is dat het voortvloeit uit
een samenzwering tussen degenen die er voor hebben gezorgd dat alle scholieren
een hekel aan geschiedenis hebben en het communicatiecomplex van media en
reclamewereld. Nieuw, nieuwer, nieuws is immers alles doorslaggevend. Dat
verstaat zich niet met enige historische kennis. Stel je voor dat je plan of
product wordt ontmaskerd als ‘weinig nieuws onder de zon’. Dat verkoopt
niet…
Mensen met enig historisch besef weten al sinds de Franse revolutie dat het
heel moeilijk is dingen te veranderen. Robespierre richtte met behulp van de
guillotine een waar bloedbad aan. Maar dat heeft de terugkeer van het ancien
régime niet kunnen voorkomen. Na de oorlog werd er een proces van herstel
en vernieuwing ingezet. De tijdens de bezetting beleefde ‘eensgezindheid’ zou
definitief de vooroorlogse verdeeldheid moeten vervangen. Maar wat zien we: als
na een overstroming het water zakt, herneemt het zijn loop in de oude beddingen.
En dan vergeet ik maar even dat er inmiddels op dat eensgezinde
schouder-aan-schouder staan wel wat is afgedongen. Kortom, revolutionaire
gebeurtenissen zijn vaak slechts kortstondige oprispingen in een taaie
continuïteit. En geen begin van een echt nieuwe tijd.
Drie, vier jaar geleden was menigeen in de ban van de ‘nieuwe economie’.
Waarschuwingen van echte economen werden genegeerd. De illusie ligt inmiddels
aan barrels. Het zou politici die destijds hoog opgaven van het economisch
perpetuum mobile, sieren als ze daarvoor hun excuses aanboden. Net als
veel financieel journalisten overigens. Die ook bijna kritiekloos schreven over
het begrip shareholders value dat de druk op de business tycoons
enorm heeft verhoogd. Die zelfopgelegde druk hebben zij verhoogd door zich
deels in aandelen en opties te laten uitbetalen. Dat was allemaal nodig om de
internationale top aan managementtalent, zoals zij zichzelf kwalificeerden, voor
het Nederlands bedrijfsleven te strikken. Het tegeltje met ‘doe maar gewoon, dan
doe je gek genoeg’ kan na het AH-debacle weer worden afgestoft.
Onlangs hebben we de ‘nieuwe politiek’ achter ons gelaten. Nooit eerder
hebben vertolkers van een nieuwe boodschap zichzelf zo snel afgeserveerd. Ik heb
nog niet gemerkt dat ze er mentaal aan toe zijn hun verontschuldigingen aan de
samenleving aan te bieden. Al was het maar voor het beschamen van het vertrouwen
dat ze hadden gekregen.
Wantrouw dus mensen die onder de vlag van vernieuwing iets willen verkopen.
Binnen departementen wordt intensief nagedacht over de invulling van de
doelmatigheidstaakstelling. Er wordt gepleit voor een new age-achtige
benadering. Gezamenlijk met elkaar een proces doormaken. Prachtig. Maar het is
uitstel van executie. Uiteindelijk moeten we toch vaststellen dat er door minder
mensen voor minder geld meer moet worden gedaan. En waarschijnlijk in een andere
werkorganisatie. Als je dat weet, wek dan niet de suggestie dat pijnlijke keuzes
kunnen uitblijven. Mijn sceptisch cynisch commentaar, voortkomend uit een groot
historisch besef, heeft nog weinig impact gehad. Maar dat komt nog wel.
Aan een nieuwe AH-Erlebnis heb ik geen behoefte…
Daan Vorán
(eerder gepubliceerd in de Haagsche Courant van 26 februari
2003)
08 - Kabinetsformatie
Sinds enige tijd maak ik de trip van Amsterdam naar Den Haag weer met de
auto. Het lukt me aardig de aandacht bij de weg te houden en tegelijkertijd een
beetje te mijmeren. Wie is er bijvoorbeeld in geslaagd een anti-oorlogsleuze te
spuiten op het spoorviaduct over de A44 dat voor de HSL wordt gebouwd? Steeds
als ik er onder door rij, vraag ik het me weer af.
Misschien lukt die combinatie van ogen op de weg en mijmeren wel, omdat ik
goed ben in voorsorteren. Met een agressieve rijstijl moet je permanent beducht
zijn voor onverhoedse bewegingen van medeweggebruikers. Het zal u wellicht niet
zoveel interesseren maar als ik bij Badhoevedorp de A4 oprij, zoek ik snel de
derde baan. Waarom? Kort na de Schipholtunnel komt de afslag Hoofddorp. Daar
vormt zich even voor achten altijd een file. En die vertraagd het verkeer niet
alleen op de afrit, maar ook op de eerste twee rijstroken. Als je daarop zit,
kom je niet zo snel weg. Op de A44 net voorbij Leiden zoek ik de rechterbaan op.
En dat houd ik tot aan het Malieveld vol. Althans voor de aanval op Irak
losbarstte. Het voorsorteren is niet alleen goed voor mijn gemoedsrust, maar is
ook snel. Er zullen niet veel mensen in de ochtendspits sneller zijn.
Deze benadering vertoont een parallel met mijn manier van werken. Denk altijd
na hoe ik het snelst bij mijn doel kan komen, wie daarin een rol kan spelen,
waar ik alvast moet gaan voorsorteren… Een deel van mijn werk bestaat eruit in
deze zin te adviseren. Dan is het wel prettig als je al zo in elkaar zit. Of zou
ik zo geworden zijn…
Dezer dagen vraag ik me af, had deze benadering de onderhandelaars over een
nieuw kabinet kunnen helpen? Ik kom er niet uit. Wanneer hadden de
hoofdrolspelers hun rijgedrag aan elkaar moeten aanpassen om botsingen over de
oorlog in Irak te voorkomen? In september had de PvdA nog geen echte
partijleider. De Minister-president toonde zich bij de algemene beschouwingen
kort na Prinsjesdag een soeverein heerser in het debat. Terwijl de Verenigde
Staten de road to Bagdad opdraaiden. Wat is er in die tussentijd niet
allemaal gebeurd? In ieder geval tot de verkiezingen van 22 januari waren er
geen voortekenen dat PvdA en CDA ongeveer gelijkwaardig uit de strijd zouden
komen. En dat ze moreel tot elkaar werden veroordeeld met elkaar te gaan
regeren. Binnen de PvdA prepareerde men zich op de oppositie! Anticiperen op een
CDA-PvdA-coalitie was er niet bij. Zo redenerend is het niet verwonderlijk dat
de formatie meer heeft van een race waarbij de auto’s elkaar van de weg proberen
te drukken.
Het is overigens wel zo geruststellend dat we hier zo druk kunnen zijn met de
kabinetsformatie. Het leidt heerlijk af van de werkelijke wereldproblemen, denk
ik cynisch. Maar er moet nu snel een eind aan komen. Ik wil aan de slag. De
armen hebben al te lang in de mouwen gezeten.
Daan Vorán
(eerder gepubliceerd in de Haagsche Courant van 27 maart
2003) |